Een schilderij is opgebouwd uit verschillende lagen. De onderste laag is de drager en bestaat meestal uit hout, metaal of doek. Daaroverheen zijn lijm- en gronderingslagen aangebracht waarop de verflaag zit. Tenslotte kan er een vernislaag zijn aangebracht, maar dat hoeft niet. Moderne en hedendaagse kunst is vaak niet gevernist.
In de jaren die volgen na de vervaardiging van het schilderij harden de verflagen uit door chemische en fysische processen. De veroudering zet in. De materialen waaruit het schilderij is opgebouwd verliezen aan elasticiteit en kleefkracht en worden bros en breekbaar. Restauraties kunnen van kleur en transparantie veranderen, zoals een vergeelde vernis, of retouches die verkleuren. Dit proces van degradatie wordt versneld door invloeden van buiten af.
Als het object schade heeft dan moet het voor behandeling naar het restauratieatelier. Er kan schade aan de drager zijn, zoals scheuren of deformaties in het doek, of barsten in het paneel. En er kan schade aan de verflaag zijn met loszittende verf met verfverlies als gevolg. Maar ook een slechte inlijsting kan een reden zijn om het schilderij te laten behandelen. Hoe eerder schade wordt behandeld hoe beter de resultaten zijn. Dit is vooral het geval met verfverlies, snelle actie is gewenst.
Naast de conservering heeft het schilderij vaak een verdere behandeling nodig. Het schilderij is vuil, het heeft een vergeelde vernis en misschien ook lelijke retouches. Dit is het restauratieve deel van de behandeling. Verwijdering van het oppervlaktevuil, vernisafname en de daarbij horende verwijdering van oude retouches zijn behandelingen die veel voorkomen. Een nieuwe vernis moet dan worden aangebracht en vaak moet er opnieuw worden geretoucheerd. Tegenwoordig worden synthetische materialen gebruikt als retoucheermiddelen die stabieler zijn en minder snel verkleuren dan de traditionele retoucheermiddelen. Ook vernissen kunnen synthetisch zijn en krijgen toevoegingen die de oxidatie en dus het proces van vergeling en veroudering van de vernis remmen. Zo wordt het moment van een volgende behandeling zo lang mogelijk uitgesteld.